We zitten volop in de zwaarste economische crisis sinds de Grote Depressie van de jaren 1930. Overal wordt koortsachtig aan herstelplannen gewerkt. Europa probeert dat en in België bepleitte PS-voorzitter Paul Magnette vorige week een plan voor een bedrag van 37,5 miljard euro. Elke poging de discussie over herstel en relance te verrijken is welkom, maar het plan-Magnette snijdt geen hout om zeker twee redenen.

Ten eerste: het bedrag. Wegens de intensiteit van de crisis moet de grootteorde van het begrotingstekort niet de eerste bekommernis van het beleid zijn. Er moet gehandeld worden en het deficit zal groeien, de penibele omstandigheden van het hier en nu maken dat onvermijdelijk. Maar het plan-Magnette zal het begrotingstekort ruw geschat doen stijgen naar minstens 75 miljard euro, waardoor dat deficit tot 20 procent van het bruto binnenlands product kan worden. Een gigantisch deficit dat onze overheidsschuld naar Italiaanse niveaus stuurt en toekomstige generaties enorm raakt.

Gentse economen berekenden dat ook een fors oplopen van de overheidsschuld beheersbaar blijft - zelfs zonder belastingverhogingen - als we de economische machine snel weer op gang krijgen. Die argumentatie klopt, maar een snel en duurzaam herstel van de economie is van kardinaal belang.

Dat brengt ons bij de tweede reden waarom het plan-Magnette onmogelijk lukt zonder aanzienlijke collateral damage: de inhoud. Het plan zoals nu ontvouwd blinkt uit in een gebrek aan gedetailleerdere informatie, maar de hoofdlijnen zijn duidelijk. De PS-voorzitter wil het vooropgestelde bedrag van 37,5 miljard euro vooral spenderen aan maatregelen die de horeca, de ziekenhuizen, de cultuursector en de koopkracht ten goede komen.

Voor elk doel valt een lans te breken en er dringen zich inderdaad verstandige maatregelen op. Wat evenwel manifest ontbreekt, is de noodzakelijke aandacht om de sociaal-economische machine zo snel mogelijk weer op de rails zetten. Zonder afdoende herneming van de economische groei zullen het begrotingstekort en de staatsschuld snel oncontroleerbare vormen aannemen.

Bazooka

Om tot een zo snel mogelijk herstel van de economie te komen dringen zich ingrijpende maatregelen op drie beleidsterreinen op.

Ten eerste moet de veerkracht en de solvabiliteit van ons ondernemingsweefsel beter worden gestut. De Vlaamse Regering nam positieve maatregelen met de garantieregeling en het mechanisme van achtergestelde leningen. Maar meer is nodig, zeker nu steeds meer blijkt dat de financiële bazooka van de federale regering en de banken niet echt met scherp schiet. Bij Europa moeten we fors aandringen op sterke maatregelen om onze bedrijven tegen vijandige overnames, vooral vanuit China, te beschermen.

Ten tweede moet onze arbeidsmarkt verder versoepeld worden. Ook zonder deze diepe crisis zou een structureel herstel van de staatsfinanciën onmogelijk zijn zonder een nationale tewerkstellingsgraad van 80 procent. In Vlaanderen waren we voor de coronacrisis aardig op weg naar dat objectief. Maar Brussel en Wallonië bleven daar nog mijlenver van verwijderd. Maatregelen om de vraag naar en het aanbod van arbeid aan te scherpen moeten in elk ernstig herstelplan centraal staan.

Ten derde moet er aandacht zijn voor onze internationale concurrentiepositie. België en vooral Vlaanderen behoren tot de meest open economieën van de wereld. Elk herstelplan dat geen rekening houdt met de internationale concurrentiepositie is gedoemd te mislukken, omdat te veel van de gegeven impulsen in dat geval buitenlandse leveranciers - en dus ook buitenlandse tewerkstelling - ten goede komen. Loonkosten, fiscaal klimaat en contraproductieve reglementering moeten zeker in deze crisis op scherp gezet worden.

In het relanceplan van Magnette ontbreken die drie elementen bijna volledig. Dat plan kan niet beschouwd worden als een ernstige voorzet om ons sociaal-economisch weefsel te laten scoren in deze moeilijke tijden. Het lijkt meer op een actieplan om enkele ideologische doelpunten te vieren, op de weg naar meer socialisering van de economie en de maatschappij. Dit is geen ernstig sociaal-economisch relanceplan, maar een uitrol naar een chronisch ziektebeeld.