De Europese Unie heeft het potentieel om een wereldmacht te zijn, en te blijven. Al is dat een geluid dat we te weinig horen. De brexit heeft ons zelfvertrouwen een flinke deuk gegeven. Het gebrek aan coördinatie bij de uitbraak van covid-19 in Europa legde de broosheid van de interne markt en de Schengenzone bloot. Anno 2020 lijkt het wel alsof enkel de VS, China en Rusland de internationale politiek beheersen. Het internationale gewicht van de interne markt – post-brexit nog steeds 445 miljoen consumenten – moet de EU assertiever uitdragen in de wereld.

Handelsakkoorden

De aantrekkingskracht van die interne markt komt het sterkst tot uiting in handelsakkoorden. De EU is immers exclusief bevoegd om die namens de 27 lidstaten te sluiten. Met onze sterke interne markt als stok achter de deur, treedt de EU in onderhandelingen met derde landen op als rule maker.

Wie toegang wenst tot de reusachtige Europese markt dient zich te conformeren aan fundamentele  standaarden inzake consumentenbescherming, klimaat, arbeidsvoorwaarden, mensenrechten, bescherming van intellectuele eigendom, voedselveiligheid, dierenbescherming, oorsprongsregels en nog zo veel meer.

Zo verzekeren we dat elk nieuw handelsakkoord – naast de jobs en welvaart die voortvloeien uit vrijhandel – ook een transformerend regelgevend proces van liberalisering, vergroening en opwaartse sociale mobiliteit teweegbrengt in het partnerland.

Die transformatie is bijvoorbeeld nu al zichtbaar in Vietnam. Om vrijhandel te drijven met het oude continent zette dat aanzienlijke stappen voorwaarts op het vlak van rechtsbescherming, sociale rechten en duurzaamheid. Daarnaast toonde de Finse professor Anu Bradford in haar boek The Brussels Effect aan dat er ook een de facto invloed is aangezien internationaal actieve bedrijven vaak uit eigen beweging er voor kiezen om de Europese regels te volgen voor hun wereldwijde productie en afzet.

Kwetsbare vrijhandel

De coronapandemie heeft het belang, maar ook de kwetsbaarheden van wereldwijde vrijhandel duidelijk gemaakt. Hoewel extremen aan weerszijden van de politieke arena de geglobaliseerde economie met alle zonden van Israël beladen, staat het als een paal boven water dat een open, fair en op regels gebaseerd systeem van vrijhandel een noodzakelijke voorwaarde vormt voor stabiliteit, duurzaam economisch herstel en bevoorradingszekerheid.

Lessen van corona

We mogen daarbij niet blind zijn voor de pijnpunten die de coronacrisis aan het licht bracht. De Europese Commissie stuurt daarom terecht aan op een herziening van het handelsbeleid.

Zo moeten Vlaanderen en de EU  nog meer inzetten op het diversifiëren van de toevoerlijnen. Met het recente akkoord met Vietnam is een eerste stap richting de strategisch belangrijke (Zuidoost-Aziatische) ASEAN-regio gezet. Maar ook het versterken van de handelsrelaties met India, en vooral de goedkeuring van de nieuwe handelsakkoorden met de (Latijns-Amerikaanse) Mercosur-landen en Mexico zijn essentieel. Gediversifieerde handel betekent meer economische opportuniteiten voor onze bedrijven en dus meer jobs. Tegelijkertijd zorgt dit ook voor meer robuuste bevoorradingsketens door de afhankelijkheid van een bepaalde partner in crisissituaties te verminderen.

Tezelfdertijd leert de pandemie ons dat Europa niet naïef mag zijn. De EU moet haar burgers beschermen en dumping op onze markt kordaat aanpakken, wederkerigheid eisen en ernstig durven na te denken over welke strategische productie via slimme reshoring weer naar eigen regio moet worden gebracht.

Ook het belang van strategische stocks is intussen onbetwist. Sinds de oliecrisis houden alle Europese lidstaten een oliereserve aan. Ook nu moeten we eenzelfde oefening maken. Met zijn havens gericht op het Europese hinterland heeft Vlaanderen alle troeven in handen om een belangrijke Europese hub voor stockering te worden.

Zonder enige zweem van protectionisme, moeten de Europese lidstaten strategische sectoren ook beter beschermen tegen unfaire buitenlandse overnames.

Tot slot moet de vrije en eerlijke mededinging van de interne markt ook binnen de Unie beter gehandhaafd worden. Met een aanduiding als ‘produit de Bourgogne’ ter bevordering van de korte keten is uiteraard niets mis. Maar zodra ‘fabriqué en France’ een feitelijke verkoopsvoorwaarde wordt, wordt de hele interne markt ondermijnd.

Partners

Om de rol van wereldwijde rule maker ten volle te kunnen spelen, en zeker voor wat betreft de regels van de digitaal geconnecteerde economie van de toekomst, heeft de EU nood aan partners. De trans-Atlantische as herstellen en verder uitbouwen is daarbij van vitaal belang.

In diezelfde zin mag ook de ambitie voor de vernieuwde relatie met onze nabije buur, het Verenigd Koninkrijk, niets anders zijn dan een modern, alomvattend partnerschapsakkoord dat een gelijk speelveld, nul-tarieven, nul-quota en een sterke samenwerking rond de Noordzee en in de wereld garandeert.

Door onze krachten te bundelen met deze historische partners, assertiever onze standaarden uit te dragen en ons model beter te beschermen dwingt, de Unie respect af in de wereld. Zo kan de EU leiden, eerder dan volgen. Zo benutten we volop ons potentieel om een wereldmacht te zijn én te blijven.