Vlaanderen voert de laatste 10 jaar een ambitieus beleid voor dierenwelzijn en voelt daarbij steeds meer de nood aan een Europese aanpak. Vlaams Dierenminister Ben Weyts greep daarom het Europees voorzitterschap aan om dierenwelzijn hoog op de Europese agenda te zetten. Er zijn immers zoveel uitdagingen die individuele lidstaten overstijgen. Denk bijvoorbeeld aan de handel in katten en honden, die vaak internationaal georganiseerd is, met fokkers die in Oost-Europa dieren kweken die terechtkomen bij Vlaamse gezinnen. Tot nu toe bestond er alleen beperkte Europese regelgeving om bijvoorbeeld de verspreiding van rabiës en andere ziekten tegen te gaan of om proefdieren te beschermen. Voor de bescherming van de miljoenen katten en honden die gehouden worden als huisdieren waren er vooral nationale regels, die onderling sterk verschilden. Met als gevolg: te weinig garanties voor dierenwelzijn, maar ook te weinig garanties voor eerlijke concurrentie of voor de bescherming van de consument.

Brede normen zoals in Vlaanderen

Dankzij het akkoord komen er voor het eerst EU-brede normen voor het fokken en verhandelen van honden en katten. Vlaanderen leverde daarvoor de blauwdruk aan. Zo komen er duidelijke normen voor fokkers en handelaars over de algemene leefomstandigheden van hun dieren, van voldoende schoon drinkwater tot het regelmatig uitlaten of toegang tot een buitenruimte, een beperking op het aantal nestjes per dier, een verplichte erkenning bij meer dan vier fokdieren, een verbod op verminkingen (zoals het knippen van oren of staarten), een verplicht chip voor elk dier, enzovoort. Allemaal praktijken die in Vlaanderen al ruim ingang hebben gevonden dankzij het beleid van Ben Weyts. 

Europees hart voor dieren

“Ik ben fier dat Vlaanderen hier voor aan de kar getrokken heeft. De EU toont vandaag dat ze er niet alleen wil zijn voor kille handelsbelangen of geopolitiek, maar ook voor dieren”, zegt Weyts. “Heel veel Europeanen hebben een groot hart voor dieren en het is tijd dat de EU dat weerspiegelt. We leggen nu een goede basis om op Europees niveau in de komende jaren verder een dierenbeleid uit te stippelen. Vlaanderen heeft de voorbije jaren al getoond dat dit kan.”